Wie was Leonard A. Springer?
Wie was Leonard A. Springer?
In Gelderland was Leonard A. Springer aan het begin van de 20e eeuw een bekende tuin- en landschaparchitect. Op diverse plaatsen in Nederland heeft hij zijn sporen nagelaten. Ook in Gelderland heeft hij meerdere tuinen ontworpen waarvan er meerdere nog (gedeeltelijk) bestaan. Omdat de invloed van deze tuinarchitect nog steeds zichtbaar is in ons groene erfgoed volgt hier meer informatie over zijn leven en werk.
Korte biografie
Op 24 januari 1855 werd Leonard Anthony Springer in Amsterdam geboren. Zijn vader was kunstschilder en schilderde voornamelijk stadsgezichten. Door zijn vader heeft hij waarschijnlijk de grote interesse voor de geschiedenis van de tuinarchitectuur gekregen. Leonard wilde graag de bosbouw in, maar daar was geen geschikte opleiding voor. Zodoende heeft hij de driejarige cursus op tuinbouwschool Linnaeus op Frankendael in Watergraafsmeer gevolgd. Zijn liefde voor de dendrologie is waarschijnlijk hier begonnen, hij is namelijk ook als boomliefhebber en bomenkenner bekend geworden.
Door zelfstudie heeft hij zich veel informatie over de tuinarchitectuur eigen gemaakt. Om zich verder te bekwamen stuurde hij ontwerpen voor prijsvragen in. Vanaf 1878 is hij werkzaam als zelfstandig architect, het bleek echter wel moeilijk om voldoende werk te krijgen. Om zijn gezin te kunnen onderhouden is hij van 1897 tot 1900 leraar in de tuinkunst geweest. In de jaren daarna krijgt hij echter meer opdrachten. Vooral in de periode 1910 – 1922 heeft hij veel ontwerpen gemaakt.
Vanaf zijn 65e levensjaar neemt hij minder opdrachten aan. Wel was hij in 1922 mede oprichter van de Bond van Nederlandse Tuinarchitecten. Zijn grote liefde voor de tuinarchitectuur blijkt verder uit het Bibilograpisch overzicht van geschriften, boek- en plaatwerken op het gebied der tuinkunst wat hij in 1936 publiceerde. Leonard A. Springer overlijdt in 1940 op 85-jarige leeftijd.
Werk en stijl
Vanaf het begin van zijn werk blijkt bij Springer de voorkeur voor de gemengde stijl. Traditionele elementen uit de landschapsstijl worden door hem gecombineerd met de geometrisch aangelegde bloementuin. Vanaf 1890 worden zijn ontwerpen meer functionalistisch. De traditionele romantische stemmingmakers verdwijnen en het padenverloop is logisch ingericht. Springer past de nieuw architectonische stijl toe waarbij hij vormen hanteert die geïnspireerd zijn op de tuinkunst uit het verleden. Leidend voor Springer is de omgeving, voor hem is het belangrijk dat de woning en de tuin in de omgeving passen.
Springer heeft in vrijwel het hele land zijn sporen achtergelaten. In Gelderland zijn ook meerdere tuinen door hem ontworpen. Zo laat de Commissaris van de Koningin in 1911 een tuin aanleggen op Landgoed Groot Engelenburg te Brummen. Ook de tuin en het landgoed van Parc Spelderholt in Beekbergen is door Springer ingericht. De mammoetboom die toen geplant is, is inmiddels de hoogste van Nederland. Daarnaast zijn ook meerdere particuliere tuinen door hem ontworpen waarmee hij een tuinarchitect van betekenis is geweest!
Het grootste deel van deze informatie is afkomstig uit deel 1 van de Nederlandse Tuinarchitectuur 1850 – 1940. Om verder te lezen en ontwerpen te bekijken kan de online versie van dit onderzoeksrapport worden bekeken.
Plaats reactie
Rapporteer